Kan het ook anders, met een beetje liefde?

“In 1998 werd ik geinterviewd door Charles Elliott, toen de Dean van Trinity Hall, een onderdeel van de Universiteit van Cambridge. Dat interview ging over de toepasbaarheid van appreciative inquiry – waarderend organiseren –  in de dagelijkse praktijk van ons werk.
 
In dat interview [1] stelt Charles mij de vraag: ‘What do you, yourself, enjoy about appreciative inquiry?’ Ik eindig mijn antwoord met: ‘It gives room to the love, trust and respect that you want to show other people and allow other people to show each other.’ (p165)

Is het financiële zaligmakend?

Persoonlijk denk ik dat een HR-beleid in principe alleen maar Waarderend kan zijn, maar dat er soms, onder druk van wat we de business realiteit noemen, een HR-beleid ontstaat dat zich te dienend opstelt naar die vermeende realiteit. Een realiteit die zich vooral heeft gevormd in de vorige eeuw toen we het model van de “single bottom line” (alleen maar gericht op het realiseren van maximaal financieel rendement) tot kunst, tot norm zijn gaan verheffen. Met als belangrijkste gevolg dat alles afgemeten werd – en voor een goed deel nog steeds wordt – aan de financiele maat.
 
En daar komt voor mij ook het telkens weer zichzelf uit moeten vinden voor HR vandaan. Aandacht voor de menselijke maat is bij uitstek iets dat zijn wortels vindt binnen een HR-afdeling, maar in een poging aansluiting te vinden bij het strategisch denken over hoe de “single bottom line” gediend kan worden, raakt HR vaak de weg kwijt.
 
Nu de tijdsgeest ons de belangrijke vraag voorhoudt of het dienen van alleen het financiele resultaat wel zaligmakend is, zien we tegelijkertijd dat er zich aan de horizon de contouren van een veelbelovender HR-beleid aftekent. Een HR-beleid dat binnen een organisatie, een instituut, niet alleen meer de strategie tot het behalen van maximale winsten nastreeft, maar een strategie ondersteunt die zoekt naar een optimale balans in het realiseren van doelen op financieel, maatschappelijk en individueel niveau. En dat vraagt andere waarden.

Liefde als geheim ingrediënt

Het boeiende van onze tijd is dat we daarbij midden in de transformatie van die waarden zitten. Waarbij het trouwens wel duidelijk is dat alleen een beleid dat er ten diepste van overtuigd is dat alleen oprechte waarde-ering voor dat wat er aan diversiteit binnen een organisatie is, zal leiden tot succes.
 
En voor mijzelf kom ik dan weer terug bij het interview met Charles Elliott waarin ik aangeef dat love – liefde – een van de ingrediënten is waar we weer veel meer aandacht aan zullen moeten gaan geven binnen onze organisaties, te beginnen bij HR. Liefde in de zin van oprechte aandacht voor elkaar, liefde in de zin van dat je bereid bent het als waarde binnen je organisatie te benoemen en ernaar te handelen. En dat wil dan absoluut niet zeggen dat je alles maar goed en aardig moet vinden. Dat is een uitleg van het begrip liefde waarmee we het zeer tekort doen.
 
Het gaat wel om het met compassie, vanuit empathie kijken naar waar mensen mee worstelen, mee bezig zijn. Ook en vooral naar collega’s en medemensen kijken door de bril van verwondering. Verwondering over de mooie, bijzondere, vreemde en eigenlijk altijd interessante mens die je mag ontmoeten. Als we nu eens ons HR-beleid zó zouden invullen, dan kunnen we volgens mij echt spreken van een Waarderend HR-beleid.

En werkt dat dan?

De hamvraag: ‘En werkt dat nu?’ Levert dat kijken naar de andere dan alleen de financiële waarde, dus ook bewust naar de ontwikkeling van de maatschappelijke – duurzame – waarde en de persoonlijke waarde nu ook echt een resultaat op waar we trots op kunnen zijn?
 
Ik durf dat bevestigend te beantwoorden. In die organisaties waar ik op een dergelijke manier invulling heb mogen geven aan het (HR-)beleid zie ik op de langere termijn betere prestaties en resultaten. En niet alleen ik. Daint Saint, voormalig Director bij Jefferson Wells geeft een prachtig overzicht (p. 108, 109) in de laatste uitgave van Appreciative Inquiry door Watkins, Mohr en Kelly [2] waarin hij de resultaten laat zien van 4 jaar beleid vanuit de balans voor de drie genoemde gebieden, profit, planet en people. En sinds 2009 ben ik directeur bij een organisatie die onder andere liefde, lef en duurzaamheid in haar waarden heeft staan. En ik kan op dit moment niet anders dan constateren dat we het beter doen dan vergelijkbare bedrijven in onze sector.
 
Is dat nou exclusief toe te schrijven aan het hanteren van een HR-beleid waarin de waarde liefde een belangrijke rol speelt? Misschien, misschien als we de lef zouden hebben om elkaar vanuit liefdevolle verwondering tegemoet te treden dat we inderdaad zouden zien dat we betere resultaten zouden boeken. Misschien is het wel net als met opvoeden: als we onze kinderen op een liefdevolle manier behandelen, ons verwonderen over hun dromen en ambities dan zien we dat ze meer bereiken dan wanneer we ze alleen maar af zouden rekenen op hun vermogen tot geld verdienen.
 
En het op zo’n liefdevolle manier medewerkers tegemoet treden, is waar Waarderend HR-beleid voor staat!


[1] Locating the energy for change: an introduction to appreciative inquiry door Charles Elliott. Uitgegeven door het International Institute for Sustainable Development, Canada. ISBN 1-895536-15-4
[2] Appreciative Inquiry, change at the speed of imagination door Jane Watkins, Bernard Mohr en Ralph Kelly. Uitgegeven door Pfeiffer, USA. ISBN 978-0-470-52797-9