Tussen angst en droom

“Joh, maak je niet druk. Dat komt allemaal goed!” Het is niet zelden dat mijn omgeving mij sust als ik weer beren op de weg zie. Mijn glazen bol is nu eenmaal beter in het voorzien van problemen dan in het voorspellen van meevallers. Ik ben wat angstig aangelegd namelijk. Daar is goed mee te leven hoor, maar soms is het ook best onhandig.

Waar ik zoal bang voor ben? Voor stomme dingen zoals kleine beestjes en alleen in het donker, maar ook voor dingen die het me soms lastig maken om te doen wat ik eigenlijk heel graag wil. Ik ben bijvoorbeeld best voorzichtig met het uitproberen van nieuwe dingen en gewoon in het diepe springen. Die angst voor het onbekende heeft de neiging al mijn nieuwe plannen in de kiem te smoren. Op die manier houd ik mijn leven weliswaar overzichtelijk maar zo nu en dan stel ik mezelf de vraag of ik er ook echt alles uit haal.

Triviale angsten

De momenten waarop ik het minst bang was, waren gek genoeg de momenten waarop ik het leven op haar kwetsbaarst ervaarde. Het waren terugkijkend de momenten waarin ik de beste keuzes heb gemaakt. Zo stopte ik na het overlijden van een dierbaar familielid acuut met mijn vaste baan in een vertrouwde omgeving om me om te laten scholen tot trainer. En na het afscheid van een goede vriend, besloot ik serieus werk te gaan maken van de liefde; ik schreef me in op een datingsite en ontmoette een fantastische man met wie ik inmiddels getrouwd ben. Angsten worden voor mij dus sneller triviaal als ik ze in de context van het leven ga zien. Verlies van vastigheid en vertrouwdheid lijken dan ineens niet zo spannend meer.

Leren

Het is natuurlijk niet zo gek dat angst een rol speelt bij het maken van ingrijpende levenskeuzes. Kiezen voor iets nieuws betekent namelijk ook ervoor kiezen iets los te laten. En als je nog niet weet hoe de nieuwe realiteit er uit komt te zien, dan vraagt dat te dealen met onzekerheid, niet weten waar je uit komt.
In die zin speelt angst vaak ook een rol in het leren. De een is onbevreesder dan de ander maar het inzetten op nieuw gedrag, betekent dat we gedrag loslaten waar we al jaren lang bekend mee zijn. Onze natuurlijke hang naar het bekende kan onze wil om te leren dan wel eens saboteren. Angst mag dan een slechte raadgever zijn, het is ook een hele dominante.

Ook voor mij. Zo weet ik dat ik mijn grenzen niet altijd aangeef omdat ik bang ben dat mensen me niet meer sterk en aardig vinden als ik dat doe. Dat ik het spannend vind om mijn kop boven het maaiveld uit te steken omdat ik bang ben dat wat ik breng niet goed genoeg is. Ik zie deelnemers die hun plek niet nemen omdat ze bang zijn op hun gezicht te gaan of afgewezen te worden, mensen die zichzelf voorbij blijven hollen omdat ze bang zijn niets meer toe te voegen als ze even stil staan.

Tussen angst en droom

Helemaal vrij van angst is dus bijna niemand. De kunst is om naast de stem van angst, ook de stem van je dromen te blijven horen. Ook als ingrijpende levensgebeurtenissen weer even achter je liggen, en je geneigd bent op je routine te vertrouwen. Ik probeer mijn angsten niet weg te duwen. Ik weet dat ze dan alleen maar meer vat op me krijgen. Dus ik ga er zo nu en dan mee in gesprek. Ik onderzoek mijn zorgen en kijk hoe ze me ervan weerhouden mijn dromen waar te maken. En als ik er dan weer even helemaal genoeg van heb, stel ik mezelf een simpele vraag. Als je zeker zou weten dat het je zou lukken, waar zou je dan vandaag dan nog mee beginnen? Zo nu en dan wakkert het antwoord op die vraag zoveel wilskracht aan, dat ik mijn glazen bol gewoon even laat verstoffen en met volle overtuiging in het diepe spring.