De dramadriehoek
Het was tijdens een kraambezoek. Een dolgelukkige moeder, een trotse grote zus ernaast, ik met de nieuwe aanwinst op mijn arm en kraamverzorgster die haar taak buitengewoon serieus nam. De dame corrigeerde mij op hoe ik de baby vasthield, sprak de grote zus vermanend toe omdat ze te luid was en droeg de moeder op de baby zo toch echt weer in haar bedje te leggen. Ik zag de grote zus bedenkelijk kijken. Ze keek haar moeder aan en vroeg: ‘Mama, vinden wij deze mevrouw aardig?’ In de vraag zat zowel oprechte nieuwsgierigheid als de behoefte aan afstemming met een volwassene. Even werd het stil. Ik zag moeder haar woorden zorgvuldig wegen en toen zei ze: ’Natuurlijk schat, we vinden haar heel aardig. We zijn heel blij dat ze ons zo goed helpt.’ Een frons ontstond op het voorhoofd van het vierjarige meisje, verwarring, twijfel… En toen: ’Ik toch niet mama, ik vind haar niet aardig.’
De eenvoud van deze feedback, weliswaar niet rechtstreeks of volgens de feedbackregels, was van een oprechtheid zoals ik die zelden zie bij volwassenen. Vaker lossen volwassenen dit soort interacties op door er omheen te draaien, de boel te sussen (zoals moeder), de ander te ontzien, zich terug te trekken of de ander verwijten te maken. Kennelijk is het in welke context dan ook heel erg ingewikkeld om eerlijk uit te spreken wat je zelf vindt. Hetzelfde gold voor de kraamverzorgster en de moeder, die voor het gemak uiteindelijk maar deden alsof ze het kleine kind niet hadden gehoord.
Intimiteit versus spel
Het delen van je gedachten, gevoelens en ervaringen op een gelijkwaardige, open en eerlijke manier noemt Eric Berne, de grondlegger van de Transactionele Analyse, intimiteit. Het is volgens hem de meest bevredigende manier om in contact te zijn en je gezien en erkend te voelen.
Waarom verdraaien of maskeren we de waarheid dan toch vaak? Waarschijnlijk doen we dat omdat we ergens in ons leven leren dat dat veiliger is. Zo kan het meisje uit het voorbeeld in de stilte van de volwassenen gevoeld hebben dat haar boodschap ‘gevoelig’ lag. In het slechtste geval voelt ze zich afgewezen en past ze haar gedrag aan. Mogelijk slikt ze haar kritiek in het vervolg ook in, kopieert ze het gedrag van haar moeder of spaart ze haar kritiek op om op een later moment uit haar vel te springen. Deze ineffectieve patronen noemt Eric Berne spel. Volgens hem vluchten mensen in spel als de werkelijke ontmoeting (intimiteit) te spannend lijkt. Omdat we toch een behoefte hebben, proberen we daar via een omweg in te voorzien.
Mensen zijn zich er vaak niet van bewust dat ze in spel zijn beland. Wel voelen de betrokkenen zich na afloop vaan rot, boos, triomfantelijk, zielig etc.
Alle spelen zijn op een simpele manier samen te vatten in een basisschema (Karpman)
De dramadriehoek
Drie posities
- Slachtoffer
Het slachtoffer ontkent zijn eigen verantwoordelijkheid, vraagt hulp, steun, aandacht etc. voor dingen die hij eigenlijk zelf kan of moet doen. - Redder
De redder stapt in de positie van degene die het weet voor de ander of het zal oplossen. Hij neemt de verantwoordelijkheid van de ander over. - Aanklager
De aanklager verwijt de ander dat hij dingen niet goed doet of de oorzaak is van allerlei zaken. Net als het slachtoffer ontkent de aanklager dus een deel van zijn eigen verantwoordelijkheid.
Een voorbeeld
Jan geeft in een training aan dat zijn leidinggevende niet wil zien dat hij om komt in het werk. De groep heeft het te doen met Jan en komt met allerlei goedbedoelde adviezen. Mirjam neemt het voortouw. Eén voor één worden haar adviezen door Jan om zeep geholpen met woorden als ‘dat heb ik al zo vaak geprobeerd’, ‘dat werkt bij deze leidinggevende echt niet’, ’dat vind ik gewoon heel moeilijk’ en ’dat past niet zo bij mij’. Het geduld van de collega-deelnemers begint op te raken. Na tien minuten hard werken, verandert de sfeer en roept mededeelnemer Mirjam: ’ja, als je dan niets wilt proberen, dan wil je blijkbaar ook niet dat het verandert, ik ben er klaar mee!’
Het spel begint met het innemen van een bepaalde positie door elke speler (Jan Slachtoffer, Mirjam Redder) en op een gegeven moment treedt er een switch, een wisseling in positie op. Mirjam wordt van Redder ineens Aanklager. Deze switch wordt in de transactionele analyse ’de aap uit de mouw’ genoemd. Het is vaak het moment dat je je even verdwaald voelt in een gesprek en het zijn die momenten waarop het zinvol kan zijn om je rol eens nader te onderzoeken. Iedere deelnemer kan in principe elke positie innemen, maar heeft wel een voorkeurspositie.
Hoe blijf je uit de dramadriehoek of stap je er weer uit?
- Allereerst is het van belang dat je een houding van gelijkwaardigheid aanneemt. Plaats jezelf niet boven en niet onder de ander, maar kies de basispositie ‘ik ben ok, jij bent ok’
- Toon compassie voor je eigen onmacht en die van de ander
- Wees nieuwsgierig naar de behoefte die schuil gaat achter het spel en spreek die uit. Nodig de ander met je houding en vragen uit hetzelfde te doen
- Geef en vraag oprechte feedback, maak van je hart geen moordkuil
- Stel je positief helpend op maar doe niet meer dan vooraf afgesproken
- Maak heldere werkafspraken en wees zo expliciet mogelijk over wie waar verantwoordelijk voor is
- Draag zelf zorg voor je grenzen en wees er duidelijk over naar de mensen om je heen
- Kijk verder dan het dilemma, wees nieuwsgierig naar opties en probeer gedragsalternatieven uit
Een spel is niets meer dan een compromis tussen intimiteit en de vermijding ervan. Herken je dat je in de dramadriehoek zit? Vraag jezelf dan af wat je echte behoefte is en wat je aan het vermijden bent door er op deze manier zorg voor te dragen. Als je die informatie bespreekbaar gaat maken, heb je niet alleen meer kans dat je krijgt wat je wilt maar ook dat de kwaliteit van je interacties toeneemt.
Meer informatie?
Download hieronder de handout over de Dramadriehoek.