Zachte heelmeesters en botte bijlen

Enige tijd geleden ontmoette ik een assessmentdeelnemer die ‘gestuurd’ was. De opdrachtgever wilde “zien wat zijn kwaliteiten waren en waar ontwikkelruimte lag in zijn rol als afdelingsmanager”. Maar na doorvragen, werd er eigenlijk bedoeld: Beste H&L, wil je mijn medewerker een keer wakker schudden, omdat hij te eigenwijs is en ik hem niet kan laten inzien dat hij echt wat minder bot moet doen tegen zijn medewerkers in z’n team.

Nu moet je weten dat wij ons daar niet voor lenen. Wij vinden namelijk dat dat de taak van een leidinggevende/opdrachtgever is. En niet van ons. Maar goed, hoewel deze deelnemer gestuurd was, was hij naar aanleiding van de intake met ons toch nieuwsgierig geworden wat hij uit zo’n dag kon halen. Hij had goede verhalen gehoord van de trainingen die we doen. En omdat het om een ontwikkelvraag ging en niet om een selectie-instrument, in combinatie met onze NIP-registratie, ging hij met ons in zee.

Inderdaad. In het rollenspel deed hij best bot tegen mij. Hij vroeg geen enkele keer door op de achtergrond van het ‘probleem’ dat ik als medewerker had. Hij duwde constant door op de taken die hij mij moest laten uitvoeren. Maar tegelijkertijd was hij ook superbetrokken bij hoe ik me voelde en of ‘t thuis wel allemaal goed ging bij mij. Hij vroeg er niet op door, maar bood wel aan zelf overuren te maken om samen met mij al die taken te doen. “Jij moet het doen maar ik ben er bij elke stap voor je bij. Beloof ik.” En hij bleef ook heel veel vertellen over hoe belangrijk het was dat ‘we het met z’n allen moesten rooien’.

In de feedback na afloop vertelde ik over hoe ongelofelijk betrokken, warm, oprecht en persoonlijk hij op me overkwam. En voordat ik kon beginnen met m’n ‘verbeterpunten’ of tips met betrekking tot zijn botheid, deed hij iets wat ik me tot dat moment niet kon bedenken. Tranen. Deze man van bijna 2 meter, met een snor en een borstkas waar ik twee keer in pas, liet een traan. Dat deelnemers zich geraakt voelen, gebeurt regelmatig, maar ik was zo gefocust op m’n tips en zijn voorkomen was ook zo…eh stoer. Ik was toch een beetje verrast. Ik vroeg hem wat hem zo raakte. Hij zei “Dat heeft nou nooit iemand tegen me gezegd. In al die 18 jaar niet.” “Wat niet?” “Nou, wat jij net tegen me zei, dat ik betrokken ben.”

Het blijkt inderdaad zo te zijn dat hij weinig tot geen waardering heeft kunnen ervaren. Van zijn collega’s niet en van zijn baas niet. Of het waar is of niet, deed er niet toe. Hij heeft het in ieder geval niet als zodanig ervaren. Vervolgens kwamen we op mijn tips: “Ik vind je zo bot als maar zijn kan. Het zorgt ervoor dat ik je onbehouwen vind en dat ik m’n werk alleen maar voor je doe, omdat je zelf ook zo hard werkt. Niet omdat je snapt wat ik nodig heb.” “Huh? Ik BEN er toch voor je?!’ zei hij boos. “Ja, maar dat betrof wat ik je net zei over je betrokkenheid. Dit gaat over de effectiviteit ervan…”

Al met al kwamen we op een punt dat ik hem uitgebreid kon vertellen over hoe hij als leidinggevende nog meer uit z’n mensen kon halen en hoe hij tegelijkertijd met minder moeite meer kon bereiken met z’n afdeling. Hij slurpte alle modellen, tips en aanwijzingen op. Het was nog gaver om te zien hoe hij na de feedbackronde het opnieuw wilde proberen. Dat ging voor geen meter, maar we hadden allemaal (hijzelf, de psycholoog en ik als acteur) onwijs veel plezier in het leren en uitproberen.

Mijn punt is niet zozeer dat ik een voorstander ben van de zogenaamde sandwich-feedback. Je weet wel: eerst iets leuks zeggen dan de feedback geven en dan weer iets leuks als afsluiter. Nonsens. Maar wat wel helpt is daadwerkelijke aandacht, een respectvolle houding doorspekt met nieuwsgierigheid en een beetje lef. Daar kunnen mooie dingen van komen. Zelfs voor eigenwijze, grote mannen met snorren, die niet lijken te willen leren.


Wil je meer weten voer onze assessment-aanpak?

Download hier onze brochure!

Danny van der Schoor

Danny van der Schoor

Senior trainer / assessments